Cascara Revolta III: pop/rock
Extra notenwerk bij cursus Slagwerkkrant 150
Cascara Revolta
De cascara is dus nauw verwant aan de clave en dat is de linkerhandpartij die we hier gebruiken ook. Echter, we draaien de cascara door maar de linkerhandpartij en de clave niet! Dat is natuurlijk een beetje vreemd omdat de patronen onderling zo met elkaar verweven zijn. Wat hier telt, is het klinkend resultaat en dat is prima. Het vergroot zo je vocabulaire in deze stijl en maakt je minder afhankelijk van één patroon. Daarbij zijn de moderne Cubaanse muzikanten ook niet vies van een experimentje dus je hoeft je nergens voor te schamen.
Cascara Revolta met pop/rock
Voor deel 1 en deel 2 van deze pop/rock-versie heb ik onder de doorgedraaide cascara’s eenvoudige bass- en snarepatronen gezet. Ik heb me daarbij laten inspireren door de cascara-patronen zelf. Het bovenliggende bekkenpatroon lokt als het ware de bass- en snarepartij uit. Ze zien er misschien wat anders uit dan je gewend bent, maar dat komt doordat ze zoals veel Zuid-Amerikaanse ritmes in ‘alla breve’ genoteerd zijn.
Alla breve: als je een vierkwartsmaat héél snel speelt, en dus ook snel moet lezen en tellen, heb je de neiging om de muziek óf te gehaast te spelen óf juist in te zakken. Alla breve is een manier om een snelle vierkwartsmaat in tweeën te tellen: op de één zeg je ‘één’ en op de drie zeg je ‘twee’.
Vierkwarts: 1 2 3 4
Alla breve: 1 2
Hierdoor ervaar je het tempo rustiger en heb je minder moeite op tempo te blijven. Ook de timing is dan vaak beter. Alla breve lezen is lastig want je leest kwarten en achtsten, maar ze klinken als zestienden: dat dan weer wel.
Wees creatief bij de uitvoering. Je kunt ze natuurlijk gewoon op hihat spelen, maar het is uitdagender om de ritmes op koebel, ridebekken, ridecup, x-hat of rand van een trommel te spelen. Je hebt dan je linkervoet vrij om er bijvoorbeeld halven of kwarten bij te trappen, al dan niet met splasheffect. Heb je een voetkoebel dan is er nog veel meer mogelijk. Check Antonio Sanchez op Youtube!
Zodra de linkervoet erbij komt, vormt deze weer mooie patronen met het meer open gespeelde cascararitme dat erboven zit.
»»
Download hier ‘Cascara Revolta poprock deel 1’
»»
Download hier ‘Cascara Revolta poprock deel 2’
Verklaarde termen (bijgevoegd bij elke les)
Cascara: Spaans voor schil of dop, refererend aan het spelen op de zijkant van de timbale. In de rumbastijl uit de Cubaanse steden worden Spaanse teksten gecombineerd met Afrikaanse zang en dans. Hierbij horen we ritmes als guaguanco, columbia en yambu, maar ook de cascara. De cascara behoort daarbij tot de ‘palito’-patronen die traditioneel gespeeld worden met twee stokjes of op een hol stuk bamboe genaamd ‘guagua’. De cascara wordt in rumbastijl gespeeld met de rumbaclave.
In salsamuziek (Afro-Cubaanse muziek gemengd met jazz of andere Caribische stijlen) speelt men ook cascara, maar dan op de rand van de timbale. Drummers gebruiken de rand of zijkant van de floortom, een hihat of ridebekken. Hier wordt de cascara gespeeld tijdens de rustiger gedeeltes van een nummer zoals het couplet of de pianosolo. Hetzelfde patroon wordt ook op de cup van de ride of een koebel gespeeld in de mambosecties, de instrumentale, heftiger stukken van een nummer. In deze stijl wordt de cascara gespeeld met de son-clave.
Wanneer we naar de cascara kijken dan zien we dat het patroon gebouwd is op zowel de rumba- als de son-clave.
Clave: de clave behoort tot de zogenaamde timelines. Het is een ritmisch patroon dat de basis vormt voor een Afro-Cubaanse compositie met alle ritmes die daarbij horen. Elke partij in zo’n nummer is gerelateerd aan de clave. Soms gaat de partij er tegenin, dan weer met de clave mee. In de Afro-Cubaanse muziek zien we drie belangrijke claves: de 6/8 clave, de rumbaclave en de son-clave. De eerste voelt het meest Afrikaans, de laatste het meest Europees.
De clave loopt over twee maten. In de ene maat zitten drie noten en in de andere twee. Deze maten kun je van plaats verwisselen. Zo kun je dus van elke clave weer twee varianten maken die allemaal gebruikt worden in de praktijk: 3-2 én 2-3. In het ‘3-gedeelte’ van de clave bouw je ritmische spanning op en in het ‘2-gedeelte’ komt het ritme weer tot rust.
Bombo note: de tweede noot van de 3-2-clave wordt vaak geaccentueerd op de bombo drum in ritmes als conga en rumba, maar ook in son en mambo. Voor drummers dus een mooie plaats om de bassdrum te spelen.
»»
Download hier ‘De belangrijkste claves’