Julius van Eijs - Ableton en drummers

extra's bij het artikel in Slagwerkkrant 240

Slagwerkkrant Plus 22-02-2024 21:02

in Slagwerkkrant 240 (maart-april 2024) vind je in de rubriek Opmaat het artikel Van Eijs, Ableton en drummers. Daarin wordt gerefereerd aan het uitgebreide interview met Julius in zusterblad Musicmaker, editie 499 (maart-april 2024). Hij was Musical Director bij Froukje en S10, toetsenist, gitarist en Ableton backingtrack-specialist. Julius geeft een mooi inzicht in de rol van de drummer: ‘Backingtracks gebruiken is zeker geen zwaktebod: het is een fantastische uitbreiding van de mogelijkheden die er zijn om een vette live show neer te zetten!' Lees hier op Slagwerkkrant Plus het hele interview.

Dit is een extra web-item naar aanleiding van een artikel in Slagwerkkrant 240 (maart-april 2024). Vanaf vrijdag 23 februari in de winkel. Of je kunt deze editie bestellen in onze webshop Muziekmagazines.nl. We sturen Slagwerkkrant op zonder verzendkosten.

 
Julius van Eijs
Live spelen met Ableton Live

Musical Director bij Froukje en S10, toetsenist, gitarist en Ableton backingtrack-specialist: Julius van Eijs is een multitalent. We zagen hem een boeiende Ableton-workshop geven op muzikantenconferentie No Man’s Land en dat smaakte naar meer. In dit artikel vertelt hij over zijn passie voor muziek maken en geeft hij nog veel meer tips & tricks!

Tekst: Gertjan Essenstam

De in Delft geboren Julius is al vanaf hele jonge leeftijd geïnteresseerd in muziek: ‘We hadden een piano thuis. Vanaf dat ik kon lopen was ik altijd aan het spelen. Toen ik een jaar of acht was hebben mijn ouders mij op pianoles gedaan.’ Dat legt een basis voor zijn huidige niveau, maar klassieke stukken van blad lezen en noten ‘reproduceren’ zijn voor hem niet de manier om muziek te maken. Ermee stoppen was eigenlijk ook geen optie, dus toen hij aangaf dat hij popmuziek wilde spelen en van docent wisselde werd het allemaal duidelijk. Op zijn twaalfde krijgt hij een midikeyboard waar een versie van Ableton bij zit. Ook al is de leercurve vrij steil, Julius besluit erin te duiken en tot de bodem te gaan van wat mogelijk is.

‘Toen ik een jaar of dertien was, had ik iemand ontdekt op YouTube die ik supervet vond. En rond diezelfde tijd had ik een gesprek met mijn ouders over wat ik zou willen worden. Ik wilde eigenlijk dokter worden, maar ik moest muzikant worden van mijn ouders, haha. Toen ik zei dat ik wel iets met muziek wilde doen, was dat prima. Ik ben ze daar heel dankbaar voor!’

Rotterdam
Na een korte zoektocht viel de keuze op Codarts Rotterdam, en dat bleek een schot in de roos: ‘Ik heb ontzettend veel geleerd door dingen na te maken. Je wordt dan constant uitgedaagd om dingen uit te zoeken. Het leert je ook heel goed analyseren wat er allemaal in een track zit. Al die kleine stukjes van zo’n productie ga je zo leren herkennen. En als je dat vaak hebt gedaan ga je het vanzelf ook toepassen op je eigen producties. Zo’n opleiding is niet alleen een prima manier om te verdiepen, het brengt je ook in contact met lotgenoten, mensen die hetzelfde doen en willen als jij. Je vindt elkaar daar. Ik zit inmiddels in mijn zesde jaar; vooral door corona is er wat vertraging opgelopen, gelukkig mag je er tien jaar over doen.’

De bakermat van de band van Froukje ligt ook bij die opleiding: ‘We zijn elkaar bij Codarts tegengekomen. In de loop van de tijd is alles zo gegroeid. Het succes van de band heeft wel wat effect gehad op het hele studiegebeuren. Maar uiteindelijk ziet het ernaar uit dat ik voor de zomer kan gaan afstuderen.’

 
Backing
Geïnspireerd door de workshop op No Mans Land duiken we met Julius in de technische kant van de zaak, en dan vooral dé trend van de laatste tijd: backingtracks! Het is een verschijnsel dat door de jaren heen ‘van boven af’ aan het doorsijpelen is tot in de haarvaten van de live muziek. Waar het vijftien jaar geleden zo af en toe werd ingezet bij de heel grote acts, zo is het nu steeds vaker het ‘gewone’ popbandje dat her en der wat partijen laat meelopen tijdens het optreden. Veel is te danken aan de vooruitgang op het gebied van de software, zoals Ableton Live. De manier waarop de computer nu kan omgaan met dat soort toepassingen is een enorme stap voorwaarts richting de alledaagse inzet van backingtracks. Het wordt zo veel makkelijker om alles wat je thuis of in de studio in elkaar zet ook live uit te voeren. En dat is precies waar Julius zich mee bezighoudt: ‘Je wilt je publiek iets geven dat zo dicht mogelijk bij de studioversie ligt. Het is een proces dat al vanaf het allereerste begin in je hoofd zit.’

Op het moment dat de nummers gemaakt worden denkt hij al na over welke partijen er live gespeeld gaan worden en welke er vanaf een MacBook Pro naar de mix worden gestuurd: ‘Ruim voordat de repetities beginnen wordt er al veel overlegd over wie wat speelt en wat de Mac’s moeten doen. En uiteindelijk rolt er dan iets uit wat voor iedereen de juiste inhoud heeft. De luisteraar zal het waarschijnlijk niet uitmaken wat er live wordt gespeeld of wat er uit Ableton komt. Wat je als toeschouwer wel wil, is dat je de totale beleving hebt bij zo’n live concert. Voor de muzikanten is het de bedoeling dat iedereen zich vrij en zeker voelt tijdens het spelen. Ik maak dan mapjes met de partijen voor iedereen apart om mee te studeren.’


In-ears
‘Backingtracks gebruiken is zeker geen zwaktebod: het is een fantastische uitbreiding van de mogelijkheden die er zijn om een vette live show neer te zetten! Zo kun je bijvoorbeeld de vocalen à capella laten beginnen terwijl ze een akkoord of starttoon horen via de in-ears. De grootste bottleneck is dat je natuurlijk niet wilt dat je de click in de zaal kunt horen. Dus dat kan niet over floormonitors maar moet via in-ears naar de drummer. Iets wat met de meeste moderne interfaces en mixers geen probleem is. De drummer start via zijn Roland SPD de tracks in. Hij hoort het tempo en telt vervolgens af voor de band. De rest van de band hoort de clicktrack niet dus de drums zijn nog steeds leidend voor de band.’

Het hele systeem is gebaseerd op het gebruik van deze manier van monitoring. De mogelijkheden zijn daardoor bijna eindeloos. Zo kan er een heel arsenaal aan extra partijen worden toegevoegd aan het totaal. Synths, bas, extra percussietracks en extra vocals: ‘Froukje heeft geen heel harde stem. Daarom had ik alle extra zangpartijen los van de rest gezet. Op die manier kan de geluidsman altijd een goede balans vinden.’


Billenknijpen
Het risico bestaat natuurlijk altijd dat de computer vastloopt en de tracks stoppen. Dat is je ergste nachtmerrie. Is het niet af en toe billenknijpen als je jezelf zo afhankelijk maakt van de computer? ‘Ik heb daarvoor een iConnectivity PlayAudio12, een audio-interface waar twee Mac’s op zijn aangesloten. Ze sturen beide een sinustoon naar dat apparaat en zodra er daar eentje van wegvalt, schakelt hij automatisch over naar de andere computer. Het is nog nooit gebeurd, maar het geeft wel een lekker gevoel dat het ‘veilig’ is. Je kunt je voorstellen dat er momenten zijn waarop er een significant aandeel van de hele performance bestaat uit backingtracks. Als dat ineens wegvalt, zou dat op z’n minst ‘ongemakkelijk’ zijn.

‘Het kiezen van de tracks gebeurt met een LioBox; een soort afstandsbediening waarin je de titels van de tracks op volgorde zet en zo van de ene naar de andere kunt schakelen. De hele show staat erin en met een druk op de knop staat alles klaar. Ik heb ook een file in Ableton waarmee we razendsnel een line check kunnen doen. Dat was een idee dat ik van Remi Lauw heb overgenomen. Ik stuur audiofiles – in dit geval een stem die zegt welke output je hoort − mee naar de diverse uitgangen via de interface naar de monitormixer afgewisseld met white noise, zodat de geluidsman het niveau van alle kanalen gelijk kan zetten.

‘Wat ik ook heb gedaan is een paar liedjes helemaal − dus ook de partijen die we live spelen − in Ableton gezet, zodat de geluidsman na de soundcheck nog even door kan gaan met het ‘in de ruimte’ zetten van het geluid. Ondertussen kan de band dan chillen. Een afgewogen sound is ongelooflijk belangrijk; voor de hele band maar vooral voor de individuele muzikanten.’

Uitzoeken
Julius is bescheiden over zijn Ableton workshop op No Man’s Land: ‘Ik vond het heel fijn dat Ableton-specialist Maurits Boegman er die dag bij was om mijn handje vast te houden… Het was volgens mij een heel onsamenhangend verhaal, maar het was wel heel erg leuk om te doen! Het was mijn allereerste keer en ik dacht: wie ben ik dan dat ik jullie moet vertellen hoe je iets moet doen? Er is gewoon heel veel informatie. Voor een beginnende popmuzikant is het is het heel lastig om uit te zoeken hoe je dit soort dingen aanpakt. Met heel veel trial & error kom je erachter. Het is eigenlijk heel vreemd dat er tijdens mijn hele studie toetsen/pop bij Codarts geen moment aandacht is besteed aan dit fenomeen. En dat terwijl je zult zien dat het de komende jaren alleen maar meer ingezet gaat worden.’

Ableton Live is een complex en uitgebreid stuk software. Julius zoekt de grenzen op van wat je er allemaal mee kunt doen: ‘Ik heb in Ableton een totale controller gemaakt voor mijn Nord Stage (keyboard/synthesizer; red.). Zo kan ik dus vanaf de backingtracks de hele Nord bedienen. Zelfs het wisselen van de pianosamples kan op afstand. Was het nodig? Welnee, maar het is wel heel vet om dat uit te zoeken en toe te passen.’

MD en toetsenist
Naast het maken van de backingtracks is een belangrijke taak van de Musical Director het maken van de sounds: ‘Sounddesign is heel belangrijk voor het creëren van een eigen ‘smoel’ als band. Ik maak graag mijn eigen geluiden. Ik heb een Nord Stage 2EX maar die is toch wel wat beperkt. Voor het maken van geluiden gebruik ik meestal de Roland Jupiter X; dat is een échte synthesizer.’

Als je een band op een bepaald niveau wilt krijgen, is het belangrijk om niet alleen het grote plaatje in je hoofd te hebben maar vooral ook oog te hebben voor de details: ‘Door heel veel nummers na te maken leer je veel over de manier waarop de sounds worden gebruikt. Elk partijtje in een nummer heeft een functie. Maar ik ben de MD en toetsenist. Ik ben geen producer. Dat is weer een vak apart. Dus als je het mij vraagt wat ik nu werkelijk ben? Ik vind spelen gewoon heel erg leuk. Ik ben in eerste instantie muzikant.’

zoeken
zoeken