Les 5: Beautiful fives
Voorbij de polonaise met oneven maatsoorten
Oneven maatsoorten als 5/4 of 5/8 komen vast uit het verre zuiden en India waar de dansers geen zin hadden in alleen maar polonaisestappen, maar ook tussenstapjes gingen maken. Als je naar Afrikaanse muziek luistert die in 12/8 is, dan zou je ook accenten kunnen spelen zo van: 12345 - 12345 - 12... Why not?
Beroemde drumdocenten als Fred Krens en Gary Chaffee delen de beats op in cijfers. Gewoon een kwestie van simpel denken. Juist het moeilijke denken maakt 5/8 voor
jezelf moeilijk om het vloeiend te spelen en te grooven. Om op Colaiuta en
Seven Days terug te komen: het gaat ook om de flow en groove die het nog interesanter maken.
Mijn benadering van de vijfjes is vanuit het Donati/Lang/Minnemann-kader en bestaat uit rechtervoet op bassdrum en linkervoet op hihat die een doorlopend 5/16 patroon speelt.
- Je speelt met je voeten een ostinato in 5/16 en speelt daar overheen A tot en met G.
- A kun je denken in kwintolen,
- B kun je denken in een 4/4 groovesetting
- C is een paradiddle in 4 over de 5 heen,
- D is een groepje van 3/16 over 5/16 heen (hoepapa!).
- E is een variatie in sticking en de rechterhand speelt de floortom mee.
- F is een vast gegeven met je rechterhand, in dit geval twee zestienden en een achtste. Je bent dan vrij om met je linkerhand te gaan improviseren.
- G is een patroon in zestienden, achtsten en zestienden waarbij het accent op de achtste ligt. Als je hem op de ride speelt, probeer dan de accenten ook de cup te spelen, linkerhand is weer zo vrij als een rare drummersvogel ;)
- Hier heb je een andere ostinato die begint met je linkervoet (!). De rest is hetzelde als bij oefening 1 van deze les omschreven.
- Dit is eigenlijk een 10/16 ostinato met daaroverheen A tot en met G. De rest is weer hetzelde als bij oefening 1 van deze les omschreven. Succes!