Jeroen Simons les 2: dynamiek en timing

De uitdaging van boem-tjak

Jeroen Simons 31-10-2008 15:10

1. Speel vier maten time (bijvoorbeeld op tempo: kwartnoot=80). Speel de volgende vier maten halftime (tempo=40), dan weer vier maten op tempo=80 en dan vier maten double time (tempo=160). Dit is erg goed voor je timing. Het werkt door bij moeilijkere ritmes en maakt je vrijer.
   
   
2. Concentreer je op al je ledematen: rechterhand (RH), linkerhand (LH), rechtervoet (RV) en linkervoet (LV). Speel weer vier maten boem-tjak, maar sla zeer zachtjes met drie ledematen en hard met één ledemaat. Dus:
   • vier maten RH hard, rest zacht
     
   • vier maten LH hard, rest zacht
     
   • vier maten LV hard, rest zacht
     
   • vier maten RV hard en de rest zacht

   Oefen dit ook allemaal in time, halftime en double time.
   
   

3. Switching ledematen: Je hebt vier maal vier mogelijkheden:
   1. RV LV LH RH
      
   2. LV RV RH LH
   3. RH LH LV RV
   4. LH RH RV LH

   De bedoeling is dat je een basisritme van boven tot onder bekijkt en dat je dan gaat switchen qua ledematen. Dus bij voorbeeld het achtste ridepatroon wordt hihat (LV) bassdrum wordt snare (LH), snare wordt bassdrum (RV) en hihat wordt ride (RH).
   
   

4. Dynamiek: Speel het boem-tjak-patroon acht maten en begin superzacht en eindig superhard. Doe dit ook andersom. En oefen dit ook allemaal in time, halftime en double time.
   
   
5. On spot: let op je feel. Je speelt boem-tjak em let daarbij of je
   1. erbovenop speelt (gelijk met kliktrack)
   2. later getimed (iets later dan kliktrack)
   3. iets te vroeg (de klik komt net na jou)

   Met deze feels doel ik met name op de snaredrum op de tweede en vierde tel. Maar oefen ze ook met voorgaande punten!
   
   

6. Speel boemtjak eerst in een 4/4-maatgevoel en speel dan met de puls in driëen. Je rechterhand kan dan een kwartentriool spelen en later een meer 6/8 georiënteerde achtstentriool. Je basispatroon blijft boem-tjak, maar je rechterhand verandert, bijvoorbeeld om de vier maten.
   
   
7. Een klassieker: speel boem-tjak en bouw met je handen op je hihat op van 1 tot 8 noten, dus:
   1. kwartnoten
      
   2. kwartetriolen
      
   3. achtsten
      
   4. triolen
      
   5. zestienden
      
   6. kwintolen
      
   7. sextolen
      
   8. septolen
      
   9. tweeendertigsten

   Met je rechterhand bouw je de patronen 1 tot en met 8 op (of als je linkshandig bent met links). Eén hand speelt de onderverdeling. Let op: Bij oneven getallen wisselt je handzetting. Op elke tel begin je dus met de andere hand.
   
   Kwintolen speel je bijvoorbeeld als: RLRLR LRLRL. Wees creatief en maak combinaties van bovenstaande gegevens. Succes!

Vanuit basis complexiteit opbouwen
Boem-tjak lijkt saai, maar een goede basis vormt de motor voor iets complexers.

Er zijn veel drummers, vooral studiodrummers, die erg veel waarde hechten aan simpele drumpartijen waarin niet alles is dichtgetrommeld, maar waarin ruimte zit. En dat is dat terecht. In een gesprek is het goed om ruimte te laten voor de ander, in het geval van ons drummers: ruimte laten voor de andere muzikanten zodat die kunnen schitteren - of dat denken te doen ;-)

De filosofisch ingestelde drummer Gary Chester en auteur van de doordachte 'New Breed'-lesboeken, kwam tot de conclusie dat als je veel complexe dingen kunt spelen, je onbewust rust voelt en vertrouwen in jezelf. Dat je complexe dingen beheerst, betekent niet dat je het altijd hoeft te laten horen.

Ook Thomas Lang komt tot een soortgelijke conclusie op zijn meest recente dvd.