Peter Erskine

Afgestudeerd aan de Universiteit van Weather Report

Slagwerkkrant Plus 25-10-2007 12:16

In Slagwerkkrant 142 lees je een interview met Peter Erskine, de drummer die als winnaar uit de bus kwam in de categorie Jazzdrums Wereld in de Slagwerkkrant Poll 2007. Erskine trad in september op tijdens het Adams Drumworld Festival in Ittervoort. We spraken ook veelvuldig over Joe Zawinul, de toetsenist en bandleider van Weather Report, die een week eerder was overleden. Erskine maakte tussen 1978 en 1982 deel uit van deze toonaangevende jazzrockgroep. Dat gedeelte van het gesprek lees je hieronder.

Ik zag onlangs een bootlegvideo van een Weather Report-optreden in het Duitse tv-programma Rockpalast in Offenbach. Daar speel je met ontbloot bovenlijf.
"Dat begon als een grap. Jaco (Pastorius, bassist van WR; red.) trok zijn shirt uit, dus dat heb ik ook gedaan. We zweetten ons kapot... Toen ik mezelf laatst nog eens terugzag, moest ik wel lachen. Het ziet er tamelijk dom uit. Wat dacht ik eigenlijk, toen? Niets, waarschijnlijk. Haha!"

Je zat ook wat anders achter je drumstel, zeg maar.

"Snel en hard spelen is prima als je jong bent. Ik was 24 toen ik bij Weather Report kwam spelen. Dat was een luide band! Ik moest wel hard spelen om gehoord te worden. Het hoorde bij de job. Neem dat optreden in Offenbach, daar zie je hoe anders ik toen sloeg, vergeleken met nu. Leuk hoor. Ik denk er met plezier aan terug.

Het is ook best verleidelijk om als je ouder wordt weer eens terug te grijpen op je begintijd, maar dat gaat dus niet. Ik kan en wil niet meer zo spelen als bij Weather Report. Ik luisterde toen naar Tony Williams, Jack DeJohnette... Ik had aanvankelijk nog wel een jazzkit met een 18” bassdrum, maar die was dan heel laag gestemd. Mijn laatste drumset bij Weather Report was mijn eerste Yamaha, met een 22” bass... Dat vond Joe veel beter. Ik was ook wel blij met mijn drumgeluid op Night Passage."

Wat is jouw mooiste muzikale herinnering aan Joe Zawinul?

"De beste manier om Joe te herinneren is door zijn muziek. Hij heeft zoveel prachtige muziek geschreven. Maar mag ik je lezers één song aanraden? Op I Sing The Body Electric uit 1972 staat The Unknown Soldier.

Dat is voor mij het allerbeste wat Joe ooit heeft gemaakt. Hij was er zelf trouwens ook erg trots op. Het is een meesterwerk. En het heeft iets gemeen met de meeste muziek uit die jaren: het is bijna alsof het je een vraag stelt. Dat is veranderd. Muziek vandaag de dag geeft antwoorden. En ik mis juist de vragen. Dat je zelf moet nadenken, je weg erin moet zoeken, bedoel ik. Muziek als een ansichtkaart uit de toekomst. Dus... The Unknown Soldier. Eric Gravatt drumt erop. Verbluffend."

Zawinul had een reputatie...

"Joe was een veeleisend leider. Niet altijd even makkelijk. Maar het ging altijd om de muziek, het was nooit persoonlijk. Maar zijn Weense humor maakte soms dat het persoonlijk leek. Joe bleef altijd vasthouden aan zijn eigen ideeën. Hij hoefde niet zonodig deel te nemen aan supergroep zus of zo, om wat geld te verdienen.
Ook later, met zijn Syndicate, toen de muziek harmonisch allemaal wat minder ingewikkeld werd, hield hij er aan vast. Hij wilde de afro-grooves, prima. Als jonge pianist was zijn ideaal al om met zwarte muzikanten te spelen. Dat is er altijd in blijven zitten.

Hij ging wel eens achter mijn drumstel zitten als hij niet tevreden was over een bepaalde partij die ik speelde. Dan pakte hij de stokken en zei: het moet meer zo! En speelde hij een soort boogiewoogie-ritme, shuffleachtig... En ik vroeg me dan af wat hij bedoelde, want het nummer waar we aan werkten had een ander ritme, een ander tempo... En altijd kwam hij weer met datzelfde ritme. Later begreep ik dat hij doelde op een bepaalde veerkracht in het ritme, een bepaalde... swingfeel. Hij kon het niet anders duidelijk maken. Ik weet zeker dat iedere drummer die met hem speelde dat wel eens heeft meegemaakt."

Vertel nog eens een Joe-verhaal.

"Oké, nog een Joe-verhaal. Weather Report en de Jeff Beck Group tourden samen eind jaren zeventig. Simon Phillips speelde toen met Jeff Beck, het album There And Back was net verschenen. Ik herinner me dat ik samen met Joe op de tribune zat toen zij voor het eerst gingen soundchecken. Eens kijken wat ze in huis hebben, je kent dat wel. Simon zette Space Boogie in, met die mooie dubbele-basspartij. Ik zag Joe kijken, steeds verder naar voren leunen... Toen draaide hij zich naar mij, keek me aan met die priemende blik van hem en zei: Waarom kun jij dat niet? Tja, wat moest ik daar op zeggen? Ik speelde gewoon geen dubbele bass, heb dat ook nooit gedaan... Maar Joe vond dat mooi, bij hem was ’t soms: hoe drukker hoe beter."

Er is vast meer...

"We tourden met een flinke lichtshow, een grote podiumset-up. Oké: het einde van het concert is een medley, met Badia en Boogie Woogie Waltz erin. Tamelijk lang nummer, waarin iedereen flink kon uitpakken. Zo’n vamp aan het eind, je kent ’t wel. Alle lampen voluit aan, het was heet op het podium! Dus na een paar shows zeg ik tegen Joe: als we de medley spelen, geef ik je een signaal en dan doen we ’t laatste rondje. Dan geef ik alles wat ik heb, maar dan is het klaar, oké? Joe gromt zo’n beetje dat hij het begrepen heeft...

‘Dus die avond, medley gespeeld, het eind is in zicht en ik geef Joe het afgesproken signaal. Hij glimlacht breed, gaat er goed voor zitten en begint vrolijk aan een nieuwe solo. Nu moet ik dus het hele stuk nog minstens een, maar waarschijnlijk twee keer spelen! Motherfucker, denk ik. Ik speel al voluit en zet zo goed en zo kwaad als het kan door. Na een tijdje kijkt Joe mij aan en knikt, zo van: nú is het zover. Dus ik denk: o ja? Mooi niet, mannetje. Ik ben echt pissig! Dus ik zet een keiharde snareroffel in, ogen dicht, ratatat, en ik denk, hmm, best wel cool eigenlijk. Ik denk aan Eric Gravatt en speel door, ogen dicht... Ik heb geen idee waar ik heen moet, hoe ik moet eindigen, want iedereen is gestopt. Ik denk ook: oei, Joe zal wel boos zijn dat dit zo escaleert. Maar toen voelde ik een aanwezigheid. Ik deed mijn ogen weer open en zag Joe vlak voor me. Hij stond op het randje van mijn drumpodium te balanceren, over mijn toms heen naar me toe gebogen. Met een grote, gelukzalige glimlach op zijn gezicht. Ik sloeg af en hij zegt: Thanks, man.
Welke andere bandleider zou zo hebben gereageerd? De volgende dag, in de kleedkamer, zei hij: “Yeeaaah, Peter had the spirit last night.” Hij zag dat moment als mijn afstuderen. En misschien was het dat ook wel. Ik was een klas hoger op de universiteit van Weather Report."

Luister je graag naar je eigen muziek?

"Mijn eigen albums... Laat ik zeggen dat ik bij drie van de vier niet zo enthousiast ben over mijn eigen spel. Maar het is toch raar, de waarde die je aan je eigen opnames toekent. Ik sprak vorig jaar met Jimmy Cobb. We hadden het over welke platen we mee zouden nemen naar een onbewoond eiland. Ik vertelde hem dat hij op de ultieme onbewoond-eiland-jazzplaat speelt: 'Kind Of Blue' van Miles Davis. En ik vroeg hem of hij daar wel eens bij stilstond. Ja, dat deed hij, zei hij. Waarop ik vroeg wat er voor hem bijzonder is aan dat album. Zijn antwoord maakte erg veel indruk op me. Hij zei: Wat ik het bijzonderst vind, is dat ik als enige ben overgebleven. Als ik naar 'Kind Of Blue' luister, heb ik het gevoel dat ik een beetje bij ze in de buurt ben. Daar had ik even niet van terug."

Is je muzikale smaak erg veranderd door de jaren heen?

"Ik luister veel naar dingen waar ik naar luisterde toen ik begon. Count Basie en zijn orkest, Elvin Jones... Ik ben niet zo ‘bij’ meer als tijden terug. Ik hoorde op de radio over een boek dat heet 'This Is Your Brain On Music'. De schrijver (neurowetenschapper en voormalig producer Daniel Levitin; red.) stelt dat je muzikale smaak grotendeels bepaald wordt rond je zestiende, zeventiende jaar.

Natuurlijk kan heel veel muziek later nog indruk maken, maar emotioneel gezien is er weinig muziek die evenveel impact heeft als die in die levensjaren. Ik sluit me daar bij aan."
zoeken
zoeken