Wouter Prudon - video's foto's en meer

video's en extra's bij het interview in Slagwerkkrant 198

Slagwerkkrant Plus 15-02-2017 14:02

In Slagwerkkrant 198 (maart-april 2017) lees je een interview met Wouter Prudon. Ons covermodel wilde met zijn band Chef'Special de wereld veroveren, en begon in de VS, waar de mix van hiphop, reggae, ska, pop en funk behoorlijk aansloeg. Prudon vertelt in dit interview uitgebreid over de succesvolle VS-tour en het nieuwe album "Amigo". Hier op Slagwerkkrant Plus kun je video's bekijken van Chef'Special live, en vind je nog veel meer tourfoto's, met exclusief commentaar van Prudon zelf. Als je onder Download klikt op het pdf-icoon kun je nog een archief-interviewtje met Prudon bekijken uit 2011.

 

Wouter Prudon stuurde nog een heel stelletje tourfoto's en voorzag die uitgebreid van commentaar en 'anekdotes die nog in me opkwamen na het afgenomen interview.'

1. Mijn U.S. kitje. Ik heb haar ‘Laura’ gedoopt, naar iemand die heel belangrijk voor me was op deze tour maar die ik moest missen. Ik ben op deze manier tóch een beetje met haar Amerika doorgereisd, zo’n 50 shows. Ze staat nu in een opslag te wachten tot ik haar weer uit het stof mag halen, hopelijk na de zomer voor een ‘eigen’ U.S. tourtje.
(Deze foto staat overigens ook op de cover van Slagwerkkrant!) 

 

Voor we verder gaan met de fotoreportage eerst eens wat videobeelden van Chef'Special. Hier speelt de band het nummer Julie live bij BNN That’s Live

 

En hier speelt Chef'Special de titeltrack van nieuwe cd Amigo live bij Giel

 

 

Dit is de videoclip van Amigo

 

Hieronder vind je nog veel meer foto’s met uitgebreid commentaar van Wouter Prudon

      

2. Josh vind het leuk om af en toe bij me te komen buurten. We zoeken altijd eerst de energie met z’n vijven op en blazen het daarna de zaal in. Als het goed gaat, komt die energie weer terug uit het publiek en stijg je samen op. Dat is onze filosofie altijd geweest. Of we nu voor 20 of 20.000 man staan; als je met z’n vijven maar plezier hebt. Het belangrijkste voor ons is dat mensen in de zaal met een beter gevoel weggaan dan dat ze kwamen. We zijn onze fans eeuwig dankbaar dat ze ons dit podium gunnen, zonder hen zijn wij ook maar 5 gasten die wat aanklooien. Deze foto deed me denken aan Mick&Charlie. Ik hoop dat we net zo lang door kunnen gaan met samen muziek en plezier maken als de Stones.


 

3. Guido is iemand die me erg inspireert. Naast dat hij een van mijn beste vrienden is en een fantastische gitarist, schrijft hij prachtige liedjes en ontwikkelt zich als producer. Ook een aantal liedjes op onze nieuwe cd Amigo heeft hij geproduceerd. Hij is bovendien erg goed in het programmeren van drums; daar werken we vaak samen aan. Guido heeft onlangs een soloalbum uitgebracht onder de naam ‘G.C. Joseph’, waarop ik ook veel live drumpartijen heb ingespeeld. 
Dat is ook iets wat bij deze tijd hoort, veel drums die je hoort op de radio en platen van tegenwoordig zijn geprogrammeerd. Dat vraagt om flexibiliteit als drummer. Op ons nieuwe album spelen we met een mix tussen gesamplede drums en organische drums. We willen wel een ‘bandje’ blijven, dus het is altijd even zoeken naar een goede balans. Voor dit album hebben we bij een aantal tracks hulp gehad van een goede vriend en Nederlandse producer Jasper Zuidervaart. Hij heeft deels het programmeren van drumsamples op o.a. All My Life en Homesick voor zijn rekening genomen, en het klinkt waanzinnig!

 


4. Hershey, Pennsylvania, naast een pretpark. Dit was de grootste show van de Amerikaanse tour. Zo’n 30.000 man. De dag ervoor stond Beyoncé er nog.

 

5. Drumface

 

 6. Madison Square Garden, hier stonden we twee avonden achtereen. 

 

 

7. Met Darren King en Omar Hakim. Ik vertelde Darren (van Mutemath, het 2de voorprogramma) tijdens onze laatste show dat ik een beetje verdrietig was dat de tour bijna klaar was. Hij zei 'geef me 5 minuten en ik vrolijk je op', en kwam terug met zijn goede vriend Omar (Michael Jackson, Sting, Daft Punk e.a.). Ik wás al een beetje zenuwachtig voor MSG, maar als je weet dat er zo’n eindbaas naar je staat te kijken, is het natuurlijk helemáál spannend.

 

8. Soms speelden we buiten. Dat was een verademing omdat we op veel dagen niet eens daglicht zagen. Een dag op tour bestond voornamelijk uit zo’n 8 a 10 uur rijden per nacht, opbouwen, soundcheck, show, afbouwen en dan nog een paar liedjes meespelen met Twentyone pilots om vervolgens weer de nacht in te rijden naar de volgende staat. Om fit te blijven ging ik vaak na onze show een uurtje hardlopen, zo zag ik ook nog eens iets anders dan de binnenkant van de bus of een betonnen arena.

 

 

9. Toen ik een jaar of 15 was zag ik Off The Map een liveregistratie van een van mijn favoriete bands: Red Hot Chili Peppers. Ik dacht: dat kan je dus blijkbaar ook doen met je leven! Sindsdien heb ik alles op alles gezet om dat leven zelf te gaan leiden. Ik begon in ska- en punkbandjes, en later werd dat meer hiphop en rock. Van m’n 15e tot m’n 21ste heb ik in verschillende bands gespeeld. Jammen tot diep in de nacht met vrienden, overal en nergens spelen voor een krat bier, een slaapplaats of wat diesel. Uiteindelijk ben ik de jongens tegengekomen waarin ik de ambitie herkende om de wereld te willen veroveren en er bovendien keihard voor te willen werken. Op deze tour, 15 jaar na het zien van die Peppers-dvd, werd ik soms een beetje melancholisch van het besef dat wij nu overal speelden waar zij toen ook stonden. Wel in een hele andere hoedanigheid natuurlijk, als voorprogramma, en we zijn ‘er’ nog lang niet, maar toch... Ik luister nog steeds wel eens RHCP, vooral Blood Sugar Sex Magik en Californication. Mijn muzieksmaak is erg gevarieerd: van songwriters als John Mayer, Coldplay en Sia tot Bon Iver en Paul Simon. Maar ook klassieke muziek of juist wat rauwere artiesten als Ben Khan, Jai Paul, Major Lazor of Chance The Rapper.

 

10. Soms ging mijn kit met een vorkheftruck het podium op, dat was wel een bucketlist-momentje!

 

 11. Actiefoto door goede vriend en fotograaf ‘Brownmetal’.

 

 

    

12+13 Mijn kitje reed elke nacht in een van de zeven enorme TØP trucks mee door het het hele land. Door de warmteverschillen en gooi en smijtwerk was stemmen iedere dag vaste prik. In Nederland heb ik inmiddels de luxe dat er vaak een geweldige drumtech mee is (Niels van den Berg). In Amerika deden we alles weer zelf. Dat was even wennen maar ergens ook heel fijn. Zelf een beetje pielen en sleutelen vind ik namelijk het leukste wat er is, en het is ook een soort meditatiemomentje iedere dag.

 

14. We deden onderweg veel radio en televisie optredens in de ochtend.Vaak is het dan handig om een beetje te downsizen en dan gebruik ik cajon, een shaker en tamboerijn.

 

15. De meeste shows deze zomer vonden plaats in grote stadions waar normaal ijshockey of basketbal werd gespeeld. Gemiddeld traden we op voor zo’n 15 a 20 duizend mensen per avond.

 

16. Ik wil me muzikaal blijven ontwikkelen. Ik heb op tour een goedkope gitaar gekocht en leer mezelf wat akkoorden aan. Het is leuk, inspirerend en nuttig om met een ander instrument bezig te zijn. Zeker als drummer is het voor mij belangrijk om ook een melodisch instrument te leren bespelen. Wij schrijven vaak met z’n allen, en op deze manier kan ik hier ook aan bijdragen.

 

17. Bij de tour-bussen

 

18. Twentyone pilots vroeg ons iedere avond, halverwege hun eigen show, het podium op om samen wat covers te spelen. Hier spelen we waarschijnlijk Jump Around aan de trompet van Josh Dunn te zien (overigens een geweldige drummer!)

 

Lees het volledige interview in Slagwerkkrant 198 (maart-april 2017)

zoeken
zoeken